Je hebt het vast al eens gezien op een wijnetiket: een jaartal, groot gedrukt op de voorkant van de fles. 2015. 2019. Soms zelfs 2000 of ouder. Maar bij sommige flessen ontbreekt zo’n jaartal helemaal. Geen toeval — dat is geen vintagewijn. Maar wat betekent dat precies? En waarom is het verschil belangrijk?

In de wereld van wijn verwijst het woord vintage simpelweg naar het oogstjaar. Een vintage wijn is gemaakt van druiven die in één en hetzelfde jaar zijn geoogst. Het jaartal op het etiket is dus een directe verwijzing naar de omstandigheden van dat specifieke wijnjaar. Klimaat, regenval, hittegolven, droogte — alles wat dat jaar uniek maakte, proef je uiteindelijk terug in de wijn.
Een vintage wijn is als een foto van een seizoen. Sommige jaren zijn legendarisch — denk aan Bordeaux 1982 of Barolo 2010 — en worden door liefhebbers en verzamelaars gezocht als kunstobjecten. Andere jaren waren moeilijker, met slecht weer, ziekten in de wijngaard of mislukte oogsten. Dat maakt het kiezen van een vintage wijn zowel spannend als kwetsbaar. Het is een tijdsdocument, én een risico.
Daarom maken sommige wijnmakers bewust de keuze voor niet-vintage wijnen — of beter gezegd: multi-vintage blends. In deze flessen worden druiven of basiswijnen uit verschillende oogstjaren samengevoegd. Het doel? Een constante kwaliteit, jaar na jaar. Denk aan grote Champagnehuizen: de meeste brut champagnes die je in de winkel vindt zijn non-vintage, precies omdat men de stijl van het huis wil bewaken. Dat is geen gebrek, maar juist een blijk van beheersing. De keldermeester werkt als een parfumeur: hij mengt uit tientallen basiswijnen één smaakprofiel dat trouw blijft aan de identiteit van het huis.
Het verschil is dus fundamenteel. Vintage wijn draait om expressie van het jaar, met al zijn grillen. Non-vintage draait om stabiliteit en huisstijl, waarbij men zoekt naar een herkenbaar profiel, ongeacht het weer.
Maar wat betekent dat voor jou als wijnliefhebber? Allereerst: beide types hebben hun waarde. Zoek je een wijn met karakter, die het unieke van een bepaald jaar laat proeven — kies dan een vintage. Ben je meer uit op consistentie, een zekere smaak of een toegankelijke stijl — dan is een goede non-vintage perfect. Zeker bij schuimwijnen, port en zelfs bepaalde blends, is non-vintage vaak het resultaat van jarenlange ervaring in balans brengen.
Een ander verschil ligt in bewaarpotentieel. Vintage wijnen — vooral uit sterke jaren en van bewaarwaardige druiven zoals Nebbiolo, Cabernet Sauvignon of Syrah — kunnen jarenlang rijpen en zich blijven ontwikkelen. Ze veranderen in geur, smaak en structuur. Non-vintage wijnen daarentegen zijn vaak bedoeld om binnen enkele jaren te drinken, op hun fruit, frisheid of sprankeling.
Toch moeten we oppassen met generalisaties. Niet elke wijn met jaartal is automatisch beter, en niet elke non-vintage is eenvoudig of goedkoop. Er bestaan uitzonderingen in elke categorie. Het etiket vertelt niet alles — de producent, regio, druif en vinificatie zijn minstens zo belangrijk.
Kortom, het verschil tussen vintage en niet-vintage is geen kwestie van goed versus slecht, maar van keuze, stijl en intentie. Waar de één een snapshot van de natuur biedt, geeft de ander een handtekening van de wijnmaker. En beide verdienen een plaats in je kelder — of op tafel.
Reactie plaatsen
Reacties